internetdate

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·ter·net·date
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord internetdate internetdates
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

internetdate v / m

  1. afspraak gemaakt via het internet

Werkwoord

vervoeging van
internetdaten

internetdate

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van internetdaten
    • Ik internetdate. 
  2. gebiedende wijs van internetdaten
    • Internetdate! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van internetdaten
    • Internetdate je? 
  4. aanvoegende wijs van internetdaten
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.