instemmen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·stem·men
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘zijn stem met andere verenigen’ voor het eerst aangetroffen in 1766 [1]
  • samenstelling van  in bw  en  stemmen ww 
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
instemmen
stemde in
ingestemd
zwak -d volledig

Werkwoord

instemmen

  1. inergatief het eens zijn
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord instemmen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.