inschatten
Nederlands
Woordafbreking
- in·schat·ten
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van in en schatten [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
inschatten |
schatte in |
ingeschat |
zwak -t | volledig |
Afgeleide begrippen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
inschatten |
inschatten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van inschatten
- ...dat wij inschatten.
- ...dat jullie inschatten.
- ...dat zij inschatten.
- ...dat wij inschatten.
Gangbaarheid
- Het woord inschatten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'inschatten' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.