inhouden

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·hou·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
inhouden
hield in
ingehouden
klasse 7 volledig

Werkwoord

inhouden

  1. overgankelijk een deel van het loon niet uitbetalen om het voor een ander doel te bestemmen
    • Er worden zowel belasting als sociale premies ingehouden . 
  1. overgankelijk niet uitademen
    • Hij hield zijn adem in om de schuwe vogel niet weg te jagen. 
  1. absoluut een niet onmiddellijk duidelijke betekenis hebben
    • De voorgenomen regels in verband met Homeland Security in New York zouden inhouden dat er voor alle meetapparatuur die men in de stad gebruiken wil eerst bij de politie een vergunning gehaald moet worden. 

Zelfstandig naamwoord

inhouden mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord inhoud

Gangbaarheid

  • Het woord inhouden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.