indiscreet

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·dis·creet
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘onbescheiden’ voor het eerst aangetroffen in 1480 [1]
  • van Frans indiscret [2][3]; op te vatten als afgeleid van discreet met het ontkennend voorvoegsel in-
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen indiscreetindiscreterindiscreetst
verbogen indiscreteindiscretereindiscreetste
partitief indiscreetsindiscreters-

Bijvoeglijk naamwoord

indiscreet

  1. onbescheiden
    • Het verzoek om een bijdrage te leveren aan deze bundel is eigenlijk heel indiscreet. [4]
  1. ongepast, niet netjes
    • Door de blik van Danaë op het licht van de naderende Zeus te richten, kwam zij volgens Bal in een positie te liggen die haar bevrijdde van indiscreet voyeurisme. [5]
  1. inbreuk makend op vertrouwelijkheid
    • De brief die Otto zo indiscreet had ingezien, was vermoedelijk eveneens afkomstig van zijn tante. [6]
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord indiscreet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.