hobbelig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hobbelig    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈɦɔbələx/
    • (Noord-Nederland): /ɦɔbələç/
Woordafbreking
  • hob·be·lig
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van hobbel met het achtervoegsel -ig.
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen hobbelighobbeligerhobbeligst
verbogen hobbeligehobbeligerehobbeligste
partitief hobbeligshobbeligers-

Bijvoeglijk naamwoord

hobbelig

  1. met hobbels, oneffen
    • Op een hobbelig fietspad fietsen is geen pleziertje. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
  • hobbeligheid
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hobbelig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.