historisk

Deens
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / hiˈsdoˀɐ̯isg /
Woordafbreking
  • hi·sto·risk
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Duitse bijvoeglijke naamwoord historisch, dat van het Latijnse woord historicus komt
  • Deens bijvoeglijk naamwoord met het achtervoegsel -isk
Naar frequentie 6289
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)		 g enkelvoud historisk
o enkelvoud historisk
meervoud historiske
bepaald
(zwak)		 enkelvoud en
meervoud		 historiske

Bijvoeglijk naamwoord

historisk

  1. (geschiedenis) geschiedkundig, historisch
Antoniemen
  • ahistorisk
  • uhistorisk


Afgeleide begrippen
  • kulturhistoris
  • kunsthistorisk
  • naturhistorisk
  • personalhistorisk
  • polyhistorisk
  • præhistorisk
  • socialhistorisk
  • sproghistorisk


Noors
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / hɪˈstuːɾɪsk /
Woordafbreking
  • me·di·sinsk
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Duitse bijvoeglijke naamwoord historisch, dat van het Latijnse woord historicus komt
  • Noors bijvoeglijk naamwoord met het achtervoegsel -isk
Naar frequentie 7046
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)		 m/v enkelvoud historisk
o enkelvoud historisk
meervoud historiske
bepaald
(zwak)		 enkelvoud en
meervoud		 historiske

Bijvoeglijk naamwoord

historisk

  1. (geschiedenis) geschiedkundig, historisch
Antoniemen
  • ahistorisk
  • uhistorisk


Afgeleide begrippen
  • arbeiderhistorisk
  • byhistorisk
  • flyhistorisk
  • forhistorisk
  • førhistorisk
  • historisk-biografisk
  • historisk-filosofisk
  • historisk-politisk
  • historiskhet
  • idehistorisk
  • idrettshistorisk
  • idéhistorisk
  • kirkehistorisk
  • kjøretøyhistorisk
  • krigshistorisk
  • kulturhistorisk
  • kunsthistorisk
  • litteraturhistorisk
  • lokalhistorisk
  • lønnshistorisk
  • musikkhistorisk
  • nasjonalhistorisk
  • naturhistorisk
  • ordhistorisk
  • overhistorisk
  • prehistorisk
  • religionshistorisk
  • rikshistorisk
  • samtidshistorisk
  • sjøfartshistorisk
  • skipsfartshistorisk
  • skolehistorisk
  • slektshistorisk
  • sosialhistorisk
  • språkhistorisk
  • stilhistorisk
  • teaterhistorisk
  • verdenshistorisk
  • vitenskapshistorisk
  • åndshistorisk


Nynorsk
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / hɪˈstuːɾɪsk /
Woordafbreking
  • hi·sto·risk
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Duitse bijvoeglijke naamwoord historisch, dat van het Latijnse woord historicus komt
  • Nynorsk bijvoeglijk naamwoord met het achtervoegsel -isk
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)		 m/v enkelvoud historisk
o enkelvoud historisk
meervoud historiske
bepaald
(zwak)		 enkelvoud en
meervoud		 historiske

Bijvoeglijk naamwoord

historisk

  1. (geschiedenis) geschiedkundig, historisch
Antoniemen
  • ahistorisk
  • uhistorisk
Afgeleide begrippen
  • forhistorisk
  • førhistorisk
  • idéhistorisk
  • kulturhistorisk
  • overhistorisk
  • prehistorisk
  • språkhistorisk
  • verdshistorisk
  • åndshistorisk
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.