hield op
Nederlands
Woordafbreking
- hield op
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ophouden |
hield op
- enkelvoud verleden tijd van ophouden
- Ik hield op.
- Jij hield op.
- Hij, zij, het hield op.
- Ik hield op.
Gangbaarheid
- Het woord hield op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.