herdopen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • her·do·pen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

herdopen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
herdopen
herdoopte
herdoopt
zwak -t volledig
  1. opnieuw dopen van iemand die al eerder het doopsel heeft ontvangen
  2. iets een andere, nieuwe naam geven
    • Als eerbetoon aan de veel te vroege overleden Michael Goolaerts zal een kasseistrook van Parijs-Roubaix herdoopt worden tot 'Secteur Pavé Michael Goolaerts'. [2] 
    • Het multiculturele drama wordt herdoopt als superdiversiteit. Twee vliegen in één klap, want ook het idee van een dominante cultuur waaraan nieuwkomers in een liberale democratie zich moeten aanpassen voor succesvolle integratie is weg. [3] 
    • Lieftinck stampte in enkele maanden de Maatschappij tot Financiering van het Nationaal Herstel uit de grond. Via deze op 31 oktober 1945 officieel opgerichte staatsbank werd de aan Nederland verstrekte Amerikaanse Marshallhulp de door de oorlog verwoeste Nederlandse economie ingepompt. In 1971 werd de Herstelbank herdoopt tot De Nationale Investeringsbank (DNIB). [4] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord herdopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
81 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.