herdoop
Nederlands
Woordafbreking
- her·doop
Zelfstandig naamwoord
herdoop m
- het weer dopen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
herdopen |
herdoop
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herdopen
- Ik herdoop.
- gebiedende wijs van herdopen
- Herdoop!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herdopen
- Herdoop je?
Gangbaarheid
- Het woord herdoop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'herdoop' herkend door:
76 % | van de Nederlanders; |
84 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.