harder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  harder    (hulp, bestand)
  • IPA: /'ɦɑrdər/
Woordafbreking
  • har·der
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘beenvis’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1286 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord harder harders
verkleinwoord hardertje hardertjes

Zelfstandig naamwoord

harder m

  1. (dierkunde) Mugil curema, een straalvinnige vissoort
    • We hebben harder gegeten. 
  1. een van de componenten van tweecomponentenlijm
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen

Bijvoeglijk naamwoord

harder

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van hard

Gangbaarheid

  • Het woord harder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.