grondwerk

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • grond·werk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord grondwerk grondwerken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

grondwerk o

  1. voorbereidig van de ondergrond voor een bouwwerk
    • Het grondwerk is klaar. De funderingen van het huis zijn gereed. Men kan beginnen met de bouw van het eigenlijke huis. 
    • Het dijklichaam van de autosnelweg is klaar, het grondwerk is verricht. 
  1. (figuurlijk) voorbereidend werk
    • Je kunt alleen al het idee controversieel vinden, potentieel gevaarlijk of zelfs bloedlink. Maar het wordt openlijk uitgesproken. Het intellectuele grondwerk wordt verricht. De uitvoering, hoe ongelooflijk het nu nog klinkt, lijkt een kwestie van tijd. [1] 
  1. de basis van een schilderwerk
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord grondwerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. NRC Maarten Schinkel 3 december 2015
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.