gres

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gres
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘aardewerk’ voor het eerst aangetroffen in 1912 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord gres -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

gres o [3]

  1. dichtgesinterd aardewerk van vette klei
  2. Belgische kiezelzandsteen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
  • gresbuis
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord gres staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
17 %van de Nederlanders;
18 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

Spaans

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • gres
enkelvoud meervoud
gres greses

Zelfstandig naamwoord

gres v

  1. (geologie) zandsteen
Synoniemen

Verwijzingen

    Veluws

    Zelfstandig naamwoord

    gres

    1. gras
    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.