gondelier
Nederlands
Woordafbreking
- gon·de·lier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gondelier | gondeliers |
verkleinwoord | gondeliertje | gondeliertjes |
Zelfstandig naamwoord
gondelier m [1]
- (beroep) (scheepvaart) bestuurder van een (Venetiaanse) gondel
- Een beetje gondelier kan ook nog het lied 'o sole mio' ten gehore brengen
Gangbaarheid
- Het woord gondelier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gondelier' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.