glanzen

Nederlands

Uitspraak

Geluid: glanzen (hulp, bestand)

Woordafbreking

glan·zen

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
glanzen	glansde	geglansd
zwak -d	volledig

Werkwoord

glanzen

absoluut in zekere mate licht weerspiegelen of voortbrengen

- De worstelaars wreven zich in met olie tot zij glansden.

Vertalingen

1. in zekere mate licht weerspiegelen of voortbrengen

Armeens: փայլել ^(hy)
Deens: glimte ^(da)
Duits: glänzen ^(de)
Engels: shine ^(en)
Fins: kiiltää ^(fi)
Frans: briller ^(fr)
Japans: 輝く ^(ja)

Nahuatl: tona ^(nah)
Portugees: cintilar ^(pt)
Russisch: блестеть ^(ru) (blestjét’), сиять ^(ru) (siját’)
Schots-Gaelisch: deàrrs ^(gd), deàlraich ^(gd), boillsg ^(gd)
Spaans: brillar ^(es), resplandecer ^(es)
Telugu: మెరియు ^(te) (meriyu)
Zweeds: blänka ^(sv), glänsa ^(sv), reflektera ^(sv)

Zelfstandig naamwoord

glanzen mv

meervoud van het zelfstandig naamwoord glans

Synoniemen

glansen

Gangbaarheid

Het woord glanzen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'glanzen' herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.