gewoonlijk
Nederlands
Woordafbreking
- ge·woon·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | gewoonlijk | gewoonlijker | gewoonlijkst |
verbogen | gewoonlijke | gewoonlijkere | gewoonlijkste |
partitief | gewoonlijks | gewoonlijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
Bijwoord
gewoonlijk
- zoals de ervaring leert dat het meestal is
- Dat is de gewoonlijkste zaak van de wereld.
Vertalingen
1. zoals de ervaring leert dat het meestal is
Gangbaarheid
- Het woord gewoonlijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gewoonlijk' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.