geplas
Nederlands
Woordafbreking
- ge·plas
Zelfstandig naamwoord
geplas o [1]
- het voortdurend urineren
- Aan de rand van het feestterrein stonden zelfs mobiele toiletunits voor de mannen. "Dat is beter dan het geplas in de bosjes", zegt medeorganisator Hans Rikhof van evenementenbureau HR Sound. [2]
- Een van de smartelijke gevolgen was dan ook dat de toiletjuffrouw onnoemlijk meer euro's verdiende aan het geplas van de passanten dan ik aan hun belangstelling voor mijn boekje. [3]
- Van Dam wordt gek van het gekrijs en geplas in zijn buurt, vooral 's nachts. De acties van Ai!Amsterdam en de horeca in de Jordaan zetten het stadsdeelbestuur onder steeds grotere druk. Met als doel: vrijheid, blijheid, minder regels, meer plezier. En de bewoners? Die worden steeds verder weggedrukt in de strijd voor een leefbare en gezellige Jordaan. Dat moet anders. Zoals het nu gaat, wordt roofbouw gepleegd op onze Jordaan. [4]
- het voortdurend morsen met water
Gangbaarheid
- Het woord geplas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'geplas' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Tubantia 07-08-17 Tweede editie Tropical Night Haaksbergen groot succes
- De Standaard 10 NOVEMBER 2004 DE KLEREN VAN DE KEYZER. Signeren
- Het Parool 31 AUGUSTUS 2009 'Amsterdam wordt Salou aan de Amstel'
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.