gene

Niet te verwarren met: gêne

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·ne
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘aanwijzend voornaamwoord’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1237 [1]

Aanwijzend voornaamwoord

gene [2]

  1. die in de verte
    • een droombeeld, heet vermaald..
      onder het lekken van de Lof....
      Verdwijnt als stof...
      naar gene Verten...[3]
       
  1. aan de andere kant
    • En ik, Daniël, zag en zie, daar stonden twee anderen, de een aan deze oever van de rivier, en de ander aan gene oever der rivier.[4] 
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • aan gene zijde.
aan de overkant. (vaak overdrachtelijk: na de dood)
  • deze en gene
een aantal verschillende mensen
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord gene staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
78 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /gɛnɛ/

Zelfstandig naamwoord

gene

  1. vocatief enkelvoud van gen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.