geldelijk
Nederlands
Woordafbreking
- gel·de·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | geldelijk | geldelijker | geldelijkst |
verbogen | geldelijke | geldelijkere | geldelijkste |
partitief | geldelijks | geldelijkers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
geldelijk
- gerelateerd zijn aan geld
- Wie denkt dat het geldelijk gewin is dat Rowling drijft –ze begon als bijstandsmoeder met uitkering te schrijven en is inmiddels een van de rijkste vrouwen van het Verenigd Koninkrijk - die heeft er weinig van begrepen. Ze geeft grote sommen van haar vermogen en royalty’s aan goede doelen. Nee, het is het plezier en de magie van de verbeelding die Rowling drijft. En haar fans begrijpen dat. Vandaar dat er voorlopig geen einde komt aan Harry Potter. (Paul Steenhuis NRC 12 februari 2016)
Gangbaarheid
- Het woord geldelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'geldelijk' herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.