galzuur
Nederlands
Woordafbreking
- gal·zuur
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gal zn en zuur zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | galzuur | galzuren |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
galzuur o [1]
- zuren die een onderdeel vormen van de gal en een belangrijke rol spelen bij de vertering van vetten
- In het bloed van de beren bleken ’s winters de gehaltes aan vetten en cholesterol significant verhoogd, als gevolg van de vetverbranding tijdens de winterslaap. De bloedconcentratie van galzuur (dat de opname van vetten uit voedsel stimuleert) daalde juist in de winter. [2]
- Patiënten met cerebrotendineuze xanthomatose (CTX) maken onvoldoende galzuur aan. Dat kan leiden tot staar op jonge leeftijd, vroeg beginnende dementie en ernstige spieraandoeningen. CDCA kan, als het op tijd wordt ingezet, zware handicaps voorkomen. In Nederland lijden zo’n 65 mensen aan CTX. [3]
Gangbaarheid
- Het woord galzuur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'galzuur' herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- NRC Sander Voormolen 6 februari 2016 Darmflora van de beer kent zomer en winter
- NRC Enzo van SteenbergenKarel Berkhout 5 april 2018 Bruins kritisch op farmaceuten die regels ‘misbruiken’
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.