fundatie

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • fun·da·tie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘stichting’ voor het eerst aangetroffen in 1370 [1]
  • Naamwoord van handeling van funderen met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord fundatie fundaties
fundatiën
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

fundatie v [3]

  1. stichting (die een fonds beheert)
  2. voetstuk van een machine dat op de fundering bevestigd wordt
Hyponiemen
  • contrafundatie, ketelfundatie, machinefundatie
Afgeleide begrippen
  • fundatieblok

Gangbaarheid
  • Het woord fundatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
81 %van de Nederlanders;
66 %van de Vlamingen.

Verwijzingen
  1. "fundatie" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
  2. fundatie op website: Etymologiebank.nl
  3. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.