figureren
Nederlands
Woordafbreking
- fi·gu·re·ren
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Franse figurer of daarvoor van het Latijnse 'figūrāre' (met het achtervoegsel -eren)
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
figureren |
figureerde |
gefigureerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
figureren
- inergatief een rol vervullen
- inergatief optreden als figurant
- absoluut voorkomen, vermeld staan
- Hij figureerde op de moderne Nachtwacht als een van de zeven meest invloedrijke talenten van Nederland
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord figureren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'figureren' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.