fichier

Nederlands

1. Een fichier in de bibliotheek van een Zweedse universiteit.
Uitspraak
  • Geluid:  fichier    (hulp, bestand)
  • IPA: /fiˈʃe/
Woordafbreking
  • fi·chier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fichier fichiers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

fichier m

  1. registratie van gegevens volgens een vast model op kartonnen kaartjes ("fiches") die netjes gesorteerd in bijpassende bakken worden bewaard
    • Van het schrift vermeldt De Vreese slechts dat het ‘regelmatig en duidelijk’ is (zie n. 60), het fichier in de handschriftenleeszaal van de KB te Brussel karakteriseert het als een ‘gothique textuelle, 2e classe’, een littera textualis. [1]
    • Om haar te identificeren heb ik eerst gekeken in het (lang niet volledige) fichier van de Eglise Walonne (Centraal Bureau voor Genealogie, Den Haag): tientallen Ravanels, Rabanels, Ravenels etc., maar niet de gezochte Caroline Victoire. [2]
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord fichier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
23 %van de Nederlanders;
53 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

Frans

Uitspraak
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  fichier     le fichier     fichiers     les fichiers  

Zelfstandig naamwoord

fichier m

  1. gegevensbestand
  2. fichier, kaartenbak
Synoniemen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.