enquête
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: enquête (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ɑŋ.ˈkɛː.tə/
- (Limburg): /ɑ̃.ˈkɛt/, /ɔː.ˈkɛt/
Woordafbreking
- en·quê·te
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘onderzoek’ voor het eerst aangetroffen in 1494 [1]
- Leenwoord uit het Frans.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | enquête | enquêtes |
verkleinwoord | enquêtetje | enquêtetjes |
Zelfstandig naamwoord
enquête v/m
- een onderzoek door meerdere mensen een vragenlijst te laten beantwoorden
- Uit de enquête bleek dat de meeste klanten gebruik wilden maken van een koopavond.
- een parlementaire enquête: een onderzoek uitgevoerd door en en in opdracht van het parlement waarin mensen onder ede gehoord kunnen worden
- De bankdirecteur was verplicht om voor de parlementaire equêtecommissie de waarheid en niets dan de waarheid te vertellen.
Vertalingen
1. een vragenlijst die aan meerdere personen wordt voorgelegd
Gangbaarheid
- Het woord enquête staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'enquête' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.