elkeen
Nederlands
Woordafbreking
- elk·een
Woordherkomst en -opbouw
Onbepaald voornaamwoord
elkeen
- iedere persoon
- Elkeen, geleerde of amateur, burger of ambachtsman, ambtenaar of pastoor, diende het welzijn van de mensheid te beogen. [4]
Gangbaarheid
- Het woord elkeen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'elkeen' herkend door:
62 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "elkeen" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- elkeen op website: Etymologiebank.nl
- Halleux, R. e.a.(red.) Geschiedenis van de wetenschappen in België van de Oudheid tot 1815. (1998) Gemeentekrediet / Dexia, Brussel; ISBN 9050661831; p. 355; geraadpleegd 2016-02-26
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.