eenzelvig
Nederlands
Woordafbreking
- een·zel·vig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | eenzelvig | eenzelviger | eenzelvigst |
verbogen | eenzelvige | eenzelvigere | eenzelvigste |
partitief | eenzelvigs | eenzelvigers | - |
Afgeleide begrippen
- eenzelvigheid
Verwante begrippen
- contactschuw
Gangbaarheid
- Het woord eenzelvig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'eenzelvig' herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.