dub
Nederlands
Woordafbreking
- dub
Woordherkomst en -opbouw
- van het Engels [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dub | dubs |
verkleinwoord | dubje | dubjes |
Zelfstandig naamwoord
dub v/m
- (muziek) een extra geluid dat ingebracht wordt in een bestaand geluidsfragment
- Daar moet nog een dub ingevoegd worden.
- een techniek die bij reggae gebruikt wordt voor het verkrijgen van bepaalde akoestische karakteristieken
Afgeleide begrippen
- dubbing
Vertalingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.