doopsuiker
Nederlands
suikerboon als doopsuiker
Woordafbreking
- doop·sui·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van doop ww en suiker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | doopsuiker | doopsuikers |
verkleinwoord | doopsuikertje | doopsuikertjes |
Zelfstandig naamwoord
doopsuiker m [1]
- suikergoed, meestal suikerbonen, aangeboden in sommige gebieden aan vrienden en kennissen bij de geboorte van een kind of petekind
Gangbaarheid
- Het woord doopsuiker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'doopsuiker' herkend door:
70 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.