disagio
Nederlands
Woordafbreking
- dis·agio
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Italiaans, in de betekenis van ‘de mindere waarde van een valuta t.o.v. de pariteit’ voor het eerst aangetroffen in 1886 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | disagio | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
disagio o
- (economie) bedrag dat een munt of waardepapier minder waard is dan het bedrag dat erop aangegeven staat (nominale waarde)
- verlies dat optreedt bij het wisselen van geld
Gangbaarheid
- Het woord disagio staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'disagio' herkend door:
23 % | van de Nederlanders; |
17 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.