dijt uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dijt uit    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdɛit ˈœyt/
Woordafbreking
  • dijt uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitdijen

dijt (…) uit

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdijen
    • Jij dijt uit. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdijen
    • Hij dijt uit. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van uitdijen
    • Dijt uit! 

Gangbaarheid

  • Het woord dijt uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.