dagboekanier

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dag·boe·ka·nier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dagboekanier dagboekaniers
verkleinwoord dagboekaniertje dagboekaniertjes

Zelfstandig naamwoord

dagboekanier m

  1. (schertsend) iemand die een dagboek bijhoudt
  2. (geschiedenis) lange tijd een column in het Parool van Henri Knap

Gangbaarheid

  • Het woord 'dagboekanier' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.