cirkelen
Nederlands
Woordafbreking
- cir·ke·len
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
cirkelen |
cirkelde |
gecirkeld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
cirkelen
- inergatief in cirkels ronddraaien of rondvliegen
- De vlieg 'irkelde om de kaars heen.
- De fotografen cirkelden rond de filmster heen.
Vertalingen
1. in cirkels ronddraaien of rondvliegen
Gangbaarheid
- Het woord cirkelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'cirkelen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.