chicaneur
Nederlands
Woordafbreking
- chi·ca·neur
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van chicaneren met het achtervoegsel -eur
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chicaneur | chicaneurs |
verkleinwoord | chicaneurtje | chicaneurtjes |
Afgeleide begrippen
- chicaneurig, sikkeneurig
Gangbaarheid
- Het woord chicaneur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'chicaneur' herkend door:
45 % | van de Nederlanders; |
43 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.