cementeren
Nederlands
Woordafbreking
- ce·men·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
cementeren |
cementeerde |
gecementeerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
cementeren
- overgankelijk met cement bestrijken
- metaal (in een cementeeroven) gloeien met kool(poeder)
Vertalingen
1. met cement bestrijken
Gangbaarheid
- Het woord cementeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'cementeren' herkend door:
68 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.