cementeerde

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ce·men·teer·de

Werkwoord

vervoeging van
cementeren

cementeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van cementeren
    • Ik cementeerde. 
    • Jij cementeerde. 
    • Hij, zij, het cementeerde. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.