cascade

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • cas·ca·de
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘waterval’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1649 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord cascade cascaden
cascades
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

cascade v

  1. kleine, trapsgewijze waterval
  2. (techniek) serieschakeling van een aantal eenheden
Afgeleide begrippen
  • cascademotor
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord cascade staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.