buitenplaats
Nederlands
Woordafbreking
- bui·ten·plaats
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van buiten en plaats
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | buitenplaats | buitenplaatsen |
verkleinwoord | buitenplaatsje | buitenplaatsjes |
Zelfstandig naamwoord
buitenplaats v/m
- grote huizen waar rijke mensen uit de stad vooral in de zomer wonen, die men ook wel hofstede of landhuis noemt
- Aan de Vecht liggen veel prachtige buitenplaatsen.
Gangbaarheid
- Het woord buitenplaats staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'buitenplaats' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.