bracelet
Nederlands
Woordafbreking
- bra·ce·let
Zelfstandig naamwoord
bracelet m
- (sieraden) band van vaak edel metaal die om de pols of onderarm wordt gedragen
- (…) ook de rozen op een witgouden bracelet, maar dan in diamant-slijpvorm bloeien eeuwig door. [3]
- (Suriname) schakelarmband
- De heer Marijnen ontving persoonlijk nog een paar gouden manchetknopen terwijl premier Pengel mevrouw Marijnen een gouden bracelet en een armband, vervaardigd van goud en bauxiet, ten geschenke gaf. [4]
- (figuurlijk) (verouderd) twee aan elkaar verbonden metalen boeien die om de pols worden vastgemaakt
- De Cliever, zo zeggen de stukken, dreigde een ieder met proces, braceletten (handboeien) en schavot. Voor eenvoudige gemeenteleden waren dat uit de mond van een dominee uiteraard zwaarwegende dreigementen. [5]
- (plantkunde) naam voor een boom Erythroxylum havanense
die voorkomt op de Bovenwindse eilanden
De bladeren zijn ovaal en bij de voet heel smal, de stelen van de bloeiwijzen hebben na het bloeien veel schubben, de vruchtjes zijn een halve centimeter lang.
Gangbaarheid
- Het woord bracelet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bracelet' herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- bracelet op website: Etymologiebank.nl
- "Gevleugelde leeuw heeft zinnen gezet op bruid" in: Nieuw Israelietisch Weekblad jrg. 119 nr. 27 (2 maart 1984); p. 20 kol. 5; geraadpleegd 2019-02-01
- "Marijnen houdt heimwee naar Suriname" in: Leeuwarder Courant jrg. 214 nr. 21 (26 januari 1965); p. 5 kol. 3; geraadpleegd 2019-02-01
- Strabbing, H. "Twee dode dominees en een arts met koude pisse" in: De Volkskrant jrg. 65 nr. 19074 (9 mei 1987); p. 73 (Vervolg 9) kol. 2; geraadpleegd 2019-02-01
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.