blut
Nederlands
Woordafbreking
- blut
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘geen geld meer hebbend’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1903 [1]
stellend | |
---|---|
onverbogen | blut |
verbogen | (blutte) |
Bijvoeglijk naamwoord
blut
- geen geld meer hebbend
- Na die aankoop was hij helemaal blut.
Vertalingen
1. geen geld meer hebbend
Gangbaarheid
- Het woord blut staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'blut' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.