blocnote
blocnote
Nederlands
Woordafbreking
- bloc·no·te, (bloc·note)
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘aan de kop gelijmd stapeltje papier’ voor het eerst aangetroffen in 1892 [1]
- van Frans bloc-notes, dat ten onrechte als meervoud werd gezien[2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blocnote | blocnotes |
verkleinwoord | blocnoteje | blocnotejes |
Zelfstandig naamwoord
blocnote m
- aan de bovenrand gebonden blanco velletjes papier voor het maken van aantekeningen, aan voor- en achterkant vaak voorzien van een kartonnen kaft
- Op zijn blocnote maakte hij aantekeningen van het gesprek.
Opmerkingen
- De Woordenlijst gaat kennelijk uit van de vorm zoals oorspronkelijk aan het Frans ontleend, met een afbreking na o omdat die lang (als oo) wordt uitgesproken. Omdat "note" als één lettergreep wordt uitgesproken, is ook ook verdedigbaar dat na o niet kan worden afgebroken en de Engelse uitspraak wordt gebruikt, zoals op Van Dale online[3] staat en hierboven tussen haakjes is vermeld.
- Zie voor het verkleinwoord ook Onze Taal over blocnoteje/blocnotetje/blocnootje
Gangbaarheid
- Het woord blocnote staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'blocnote' herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.