bezuiden
Nederlands
Woordafbreking
- be·zui·den
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van zuiden met het voorvoegsel be- (2)
- van Middelnederlands besuden [1][2]
Voorzetsel
bezuiden
- zuidelijk gelegen van
- Bezuiden de grote rivieren wordt de g anders uitgesproken.
Gangbaarheid
- Het woord bezuiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bezuiden' herkend door:
76 % | van de Nederlanders; |
52 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.