besnaren
Nederlands
Woordafbreking
- be·sna·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
besnaren |
besnaarde |
besnaard |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
besnaren
- overgankelijk voorzien van snaren
- Ik moet mijn racket dringend opnieuw laten besnaren.
Gangbaarheid
- Het woord besnaren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'besnaren' herkend door:
89 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.