beschut
Nederlands
Woordafbreking
- be·schut
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van beschutten: de stam zonder -t omdat de stam al op -t eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | beschut | beschutter | beschutst |
verbogen | beschutte | beschuttere | beschutste |
partitief | beschuts | beschutters | - |
Bijvoeglijk naamwoord
beschut
- tegen ongewenste invloeden, meestal regen, beveiligd
- De beschutte hut bleek geen partij voor de razende storm.
Werkwoord
vervoeging van |
---|
beschutten |
beschut
- enkelvoud tegenwoordige tijd van beschutten
- gebiedende wijs van beschutten
- voltooid deelwoord van beschutten
Gangbaarheid
- Het woord beschut staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'beschut' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.