berghoogte
Nederlands
Woordafbreking
- berg·hoog·te
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van berg en hoogte
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | berghoogte | berghoogten, berghoogtes |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
berghoogte v
- een hoger gelegen, min of meer vlak deel van een berg
- Zij vlogen de berghoogte op.
- de hoogte van een berg, bijvoorbeeld in meters boven zeeniveau
- Zij maten de berghoogte.
Vertalingen
2. de hoogte van een berg, bijvoorbeeld in meters boven zeeniveau
Gangbaarheid
- Het woord 'berghoogte' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.