beduidend

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·dui·dend

Werkwoord

vervoeging van
beduiden

beduidend

  1. onvoltooid deelwoord van beduiden
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen beduidendbeduidenderbeduidendst
verbogen beduidendebeduidenderebeduidendste
partitief beduidendsbeduidenders-

Bijvoeglijk naamwoord

beduidend

  1. aanzienlijk, veel, aanmerkelijk
    • Hij kreeg een beduidende erfenis van zijn tante. 
    • Ja, ik ben van Téléchance. Een eerlijk bedrijf. Wij zijn betrouwbaar en onze winstcijfers zijn het afgelopen jaar beduidend toegenomen. We gaan de beurs op. En ik heb het druk, druk.' [1] 

Gangbaarheid

  • Het woord beduidend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Sandes, David De wondermethode 2006 ISBN 9044509543 pagina 127
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.