barnen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bar·nen
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘in vuur en vlam staan’ voor het eerst aangetroffen in 1174 [1]
  • [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
barnen
barnde
gebarnd
zwak -d volledig

Werkwoord

barnen

  1. (verouderd) branden
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'barnen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
21 %van de Nederlanders;
15 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

Zweeds

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • bar·nen
Naar frequentie 667

Zelfstandig naamwoord

barnen

  1. nominatief bepaald onzijdig meervoud van barn
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.