balvast

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bal·vast
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen balvastbalvasterbalvastst
verbogen balvastebalvasterebalvastste
partitief balvastsbalvasters-

Bijvoeglijk naamwoord

balvast

  1. iemand die niet snel de bal verliest tijdens een duel om de bal in een voetbal wedstrijd
    • Je zou het bijna vergeten, maar op zijn cv staan vijf interlands voor Nederland. Die erelijst lijkt haast iets uit een ander tijdperk, een ander voetballeven. Maar Adam Maher is nog maar 24 jaar. Dat hij al op jonge leeftijd international werd, zegt iets over zijn basiskwaliteiten: balvast, technisch vaardig, bezitter van een mooie pass en oog voor het steekballetje. [1] 
    • Justin: “Youri behoort tot de beteren uit het elftal, vind ik. Hij [is] sterk en balvast. Al vind ik mezelf beter dan hij, ha, ha.” Hebben jullie vaak heibel met elkaar in het veld? Youri: “Nee, nooit. Het gaat goed tussen ons. We spelen dit jaar voor het eerst samen. [2] 
    • VVV heeft zich versterkt met de Deense aanvaller Emil Jakobsen. Hij wordt voor de rest van het seizoen verhuurd van Derby County. Jakobsen meldde zich voor Kerstmis al in Venlo en trainde toen een week mee. Daarbij maakte hij een positieve indruk op de technische staf. Voetbalmanager Stan Valckx noemt de 1.90m lange Jakobsen een talentvolle aanvaller. ,,Hij is een echte spits. Doelgericht en balvast." [3] 
Verwante begrippen
  • balvastheid

Gangbaarheid

  • Het woord balvast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
90 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.