baanloos

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • baan·loos
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van baan met het achtervoegsel -loos.
stellend
onverbogen baanloos
verbogen baanloze
partitief baanloos

Bijvoeglijk naamwoord

baanloos

  1. zonder baan
    • Hij is nu baanloos. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord baanloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.