archetype
Nederlands
Woordafbreking
- ar·che·ty·pe
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘oerbeeld’ voor het eerst aangetroffen in 1768 [1]
- uit het Grieks [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | archetype | archetypen, archetypes |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
archetype o
- oermodel dat ten grondslag ligt aan latere varianten
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord archetype staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'archetype' herkend door:
84 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen. |
Engels
Woordafbreking
- ar·che·ty·pe
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.