arbeidsmarktprobleem
Nederlands
Woordafbreking
- ar·beids·markt·pro·bleem
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van arbeidsmarkt zn en probleem zn
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | arbeidsmarktprobleem | arbeidsmarktproblemen |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
arbeidsmarktprobleem o
- moeilijkheid dat de vraag naar arbeid en het aanbod van arbeidskrachten niet met elkaar in evenwicht zijn
- 'De bouwbedrijven zijn gewoon boos dat de cao van vorig jaar is verlengd en de lonen niet omlaag zijn gegaan', concludeert Van Veldhuizen. Gijs Lokhorst, bestuurder bij CNV Vakmensen, is het met haar eens. 'De grote bouwbedrijven hebben boter op hun hoofd. Een paar vakantiedagen minder lost de arbeidsmarktproblemen niet op. Laten de werkgevers eens goed met ons in gesprek gaan, want dat weigeren ze tot nu toe.'[1]
Gangbaarheid
- Het woord arbeidsmarktprobleem staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.